Artsen maken zich belachelijk met jaloezie en geruzie
Belgische dokters razend op Belgische dokters: “Hoe denigrerend kan je zijn over collega’s? We zijn gechoqueerd”
Vandaag om 03:06
Voorzitters van de grootste Vlaamse artsenverenigingen, Roel Van Giel en Marc Moens Foto: BART DEWAELE
“Hoe denigrerend kan je zijn over collega’s?” Razend zijn ze bij huisartsenfederatie Domus Medica over de inhoud van een nieuwe visietekst van het VBS, de beroepsvereniging voor specialisten. In de tekst wordt onder meer getwijfeld aan de capaciteiten van huisartsen als het over psychologische problemen gaat, zoals burn-out. De huisarts heeft hulp nodig, vindt de specialist. Maar de uitgestoken hand komt over als een opgestoken middenvinger.
“Kroniek van een aangekondigde moord op de huisartsengeneeskunde.” Dat is de dramatische titel van een persbericht dat huisartsenfederatie Domus Medica gisteren uitstuurde. De reactie lijkt overdreven, maar het zit diep, zegt voorzitter Roel Van Giel. “Als je door collega’s wordt neergezet als onbekwaam, moet je van je afbijten. We willen niet dat patiënten het vertrouwen verliezen in onze kunde.”
Steen des aanstoots is het memorandum gericht aan de politieke partijen dat de specialisten hebben opgesteld in de aanloop naar de verkiezingen van 26 mei. Daarin staat letterlijk dat de competentie van huisartsen om psychologische problemen te behandelen “vragen oproept”. “Maar daar blijft het niet bij”, zegt Van Giel. “Blijkbaar zijn we ook niet in staat om kinderen te behandelen of acute situaties in te schatten. Hoe denigrerend kan je zijn?”
De tekst bevat voorts een passage over de evolutie van de huisartsengeneeskunde. Daarin wordt gewezen op het feit dat raadplegingen steeds vaker alleen binnen de kantooruren zouden kunnen. “Het aantal huisbezoeken neemt af”, staat er ook. “En urgenties worden doorverwezen.” Met andere woorden: huisartsen zijn steeds minder beschikbaar. Een analyse die bij Van Giel serieus in het verkeerde keelgat schiet. “Het lijkt wel alsof we ambtenaren zijn met een nine-to-five-job. Een beeld dat helemaal niet strookt met de realiteit. We zijn gechoqueerd.”
Recht naar specialist
Het is niet de eerste keer dat specialisten luidop twijfelen aan de bekwaamheid van huisartsen. Kort samengevat is de kritiek doorgaans: wie van alles iets weet, weet van te weinig zaken alles. “We merken onder andere dat er een probleem is met de behandeling van burn-out en depressie”, zegt Jean-Luc Demeere, anesthesist en voorzitter van het VBS. “Er is voor dat soort aandoeningen te weinig aandacht in de opleiding van huisartsen. Patiënten krijg daardoor te snel medicatie voorgeschreven, zonder dat er een fundamentele oplossing komt.”
Demeere zelf vindt de visietekst geen aanval op de huisartsen. “De vraag is louter wat het beste is voor de patiënt. In sommige specifieke gevallen is dat volgens ons een rechtstreeks bezoek aan de specialist.” Het memorandum pleit daarom ook voor de komst van meer privépraktijken van specialisten, buiten het ziekenhuis dus. Met name van pediaters, gynaecologen, oogartsen, cardiologen en dermatologen.
Totaalplaatje
“Blijkbaar moeten we naar een soort villa-geneeskunde”, zegt huisarts Van Giel. “Met luxueuze praktijken waarin specialisten ons werk doen tegen een hoger tarief.” Domus Medica wijst erop dat huisartsen goed opgeleid zijn om een eerste inschatting te maken van wat er scheelt met de patiënt, en die indien nodig door te verwijzen. “Altijd in één keer rechtstreeks naar de specialist zou voor de maatschappij onbetaalbaar zijn, en geen betere zorg opleveren. Huisartsen bekijken de patiënt in zijn geheel, en niet alleen die ene pathologie waarin een specialist zich verdiept.”
Het Vlaams Patiëntenplatform roept de dokters op tot kalmte en vraagt hen vooral goed samen te werken, in plaats van luidkeels de eigen winkel te verdedigen. Minister van Volksgezondheid Maggie De Block (Open VLD) wijst erop dat je als patiënt in België de vrije keuze hebt bij welke arts je gaat. “De huisarts neemt wel een unieke plaats in”, zegt De Block. “Hij heeft zicht op het totale plaatje, en is ideaal geplaatst om de patiënt te begeleiden naar de juiste zorg.”
Dat psychologische problemen niet optimaal worden aangepakt, klopt volgens de minister. “We moeten de competenties daarrond uitbouwen. Maar dat geldt evengoed voor de specialisten als voor de huisartsen.”
https://m.nieuwsblad.be/cnt/dmf20190411_04316248?hkey=&utm_source=nieuwsblad&utm_medium=newsletter&utm_campaign=ochtend&adh_i=90b835a6a966fe6902e9c75302a08688&imai=8694871b-9ac4-46ac-ac86-20903e4b7797&m_bt=5274506781038
