top of page

Systeem van plaatsvervangende rechters is verwerpelijk

Consumenten kan je niet eeuwig dom blijven houden.

Dat blijkt ook hier :

http://www.deconsument.com/systeem-van-plaatsvervangende-rechters-is-verwerpelijk/

Een voorbeeld van belangenvermenging uit het bedrogdossier SANTENS-AG :

VERZEKERINGSADVOCAAT Frédéric Busschaert mag zetelen als plaatsvervangend POLITIERECHTER.

AG liet in 2011 een neuroloog tot 2 x toe 'inbreken' in het informaticasysteem KWS van AZ Groeninge om de gehele medische voorgeschiedenis van Santens uit te pluizen. Vervolgens liet AG diezelfde neuroloog door de coördinerende gerechtsdeskundige aanstellen als sub-gerechtsdeskundige. Guy Meersman erkende dat er wel 'sprake kon zijn van cerebraal letsel' maar besloot na overleg met gerechtspsychiater Johan Baeke dat het toch 'wellicht meer emotionele componenten' waren die speelden. Guy Meersman prutste intussen wat met de medische verslagen in KWS, en bezorgde vervolgens kopies hiervan aan AG. AG - met Frédéric Busschaert in de rol van AG advocaat - maakte deze vervolgens over aan de 2de expert Philippe Tack die er naar verwees in zitting in raadkamer.

OOK PLAATSVERVANGEND POLITIERECHTER FREDERIC BUSSCHAERT verwees op 3 juni meermaals naar deze op onwettige wijze bekomen en vervalste verslagen. Hij was dus op de hoogte van deze praktijken en is m.a.w. betrokken partij bij deze corruptie. Een rechter die meewerkt aan het schenden van het universeel principe van de privacy ? Dat mag en kan in België ?

Google Frédéric Busschaert, Guy Meersman, Johan Baeke voor meer informatie over deze spetters of lees het verhaal van A tot Z hier.

tekst artikel :

Wanneer een rechter ziek of afwezig is, zetelt een plaatsvervangende rechter, “veelal advocaten met ervaring”. Die worden ingezet om de gerechtelijke achterstand tegen te gaan. Maar systeem van plaatsvervangende rechter waarin advocaten optreden in de rechtbanken waar ze zelf in andere zaken pleiten, en waarbij ze kunnen oordelen over collega’s, is verwerpelijk en onrechtvaardig.

Want de ‘onschendbaren in toga’, dixit advocaten, zijn niet altijd eerlijke rechters. Drie gevaren liggen op de loer voor de advocaat die tevens rechter-plaatsvervanger: het ‘ons kent ons’ gevaar, het specialistengevaar en het eenzijdigheidsgevaar.

Het ‘ons kent ons’ gevaar spreekt welhaast voor zichzelf: de advocaat die weet dat hij deze straf-, familie-, bestuurs- of civiele kamer nog eens of zelfs geregeld namens cliënten zal toespreken, zal zich in raadkamer allicht coöperatiever opstellen dan in zijn aard ligt. Hier is de onafhankelijkheid in het geding. En zal niet de kamervoorzitter deze advocaat de volgende week – nog afgezien van de extra vriendelijke welkomstknik – net iets welwillender tegemoet treden en/of hem sneller ‘begrijpen’, wanneer de advocaat dan voor hem staat te pleiten? Is de wrevel althans het ongemak bij mr X die een arbeidszaak heeft tegen mr Y, maar hem nu – in een andere arbeidszaak – achter de tafel ziet zitten, niet uiterst begrijpelijk? Moet mr Y, die niet van te voren wist dat mr P het woord kwam voeren, zich nu en zàl hij zich nu verschonen? Hier is de onpartijdigheid in het geding. Zo kan ik nog een tijdje doorgaan: het zijn allemaal verschijningsvormen van hetzelfde: sommigen horen bij de club en anderen niet. Dat maakt verschil.

vb van “plaatsvervangende rechter/advocatenpraktijken”

Veel advocaten worden uitgenodigd op grond van hun specialisme, zo bleek al. Handig voor de rechter-generalist bij zaken op het terrein van bijvoorbeeld verzekeringsrecht, vervoerrecht, intellectuele eigendom, bankrecht enz. Maar juist in de deskundigheid schuilt hier het gevaar. De onnozele beroepsrechters weten niet waar de knelpunten op het betrokken terrein zich voordoen, waarheen de jurisprudentie tendeert of zou kunnen tenderen, noch weten zij wat daarin het standpunt van hun gast is. De specialist heeft vrij spel en vestigt zijn eigen jurisprudentie. In ieder geval ontbreekt het tegenspel, zodat de vrijetijds-rechter de richting in hoge mate kan bepalen. Voor de specialist geldt dit: als ik vandaag als advocaat met kracht een standpunt bepleit, is het minder makkelijk daarvan morgen in raadkamer afstand te nemen. En het omgekeerde spreekt wellicht nog sterker: als ik weet dat ik morgen zus moet pleiten, doe ik er dan niet verstandig aan vandaag mijn collegae in raadkamer, die het – misschien anders dan ikzelf – met mijn nog te houden pleidooi eens lijken te zijn, in hun standpunt te volgen? En ‘morgen’ hoeft niet concreet te zijn. Een zaak over het beroep op de vervaltermijn in een verzekeringspolis, over de vraag wie gerechtigd is tot de uitoefening van de rechten uit een cognossement, over de vraag of een in de krant overgenomen boekillustratie schending van auteursrecht meebrengt, over de vraag of het gebruik van een merk een beperking van de handel tussen lid-staten van de EU kan opleveren enz. enz., krijgt ieder advocaat gespecialiseerd in respectievelijk verzekeringsrecht, vervoerrecht, auteursrecht en merkenrecht ooit wel eens. Zou hij ‘vandaag’ de toekomstige belangen van zijn cliënten niet zien? Die cliënten hebben ongetwijfeld belang bij het – in raadkamer zo zwaarwegende – specialistisch oordeel van hun nu rechtsprekende advocaat. En die advocaat beseft dat natuurlijk. Deze advocaat-rechter-plaatsvervanger staat dus in deze zaak weliswaar voldoende ‘vrij’ tegenover partijen, immers niet zijn cliënten, maar niet tegenover de inzet van het geding.

Het eenzijdigeheidsgevaar behoeft nauwelijks betoog dat een advocaat die – nagenoeg – uitsluitend voor werkgevers of verhuurders optreedt, ongeschikt is als kantonrechter-plaatsvervanger in arbeidszaken respectievelijk in huurzaken. Toch kwam die combinatie voor en ik heb geen reden om aan te nemen dat dat niet meer zo is. Maar er zijn meer advocaten die in hun praktijk steeds voor één en hetzelfde belang opkomen. Staan niet verzekeringsadvocaten en bank-advocaten in de meeste gevallen verzekeraars respectievelijk banken terzijde? Bij vervoerrecht zal het wellicht iets minder geprononceerd zijn, maar toch behartigt ook daar menig specialist met name het belang van de lading onderscheidenlijk dat van de vervoerder. En ook in de sfeer van het merkenrecht treft men specialisten die vooral de merkgerechtigde en anderen die juist de inbreukmaker op kantoor ontvangen. Deskundigheid en eenzijdigheid van belangenbehartiging gaan in de advocatuur nu eenmaal vaak samen. Het zal wel niet voorkomen dat bijvoorbeeld een directeur van een verzekeringsmaatschappij in actieve dienst als rechterplaatsvervanger een zaak zal beoordelen tussen een (andere) verzekeringsmaatschappij en een verzekerde. Hij zal zich verschonen. De regelmatig voor een verzekeringsmaatschappij optredende advocaat heeft niet minder reden voor verschoning. Veel advocaten doen geen zaken (meer) op toevoegingsbasis. Dat kan in de praktijk ten gevolge hebben dat zij in zaken tussen bedrijven en particulieren – onder meer consumentenzaken, huurzaken en arbeidszaken – vrijwel uitsluitend het ‘sterke’ belang behartigen. Hier dreigt het gevaar dat hun oog voor het ‘zwakke’ belang de nodige scherpte mist. Ook deze eenzijdigheid zal vaak moeilijk zijn te verenigen met ‘plaatsvervangend rechterswerk’.

Veel advocaten zetten zich af tegen het huidige systeem van plaatsvervangende rechters. En als dan toch beroep wordt gedaan op een dan zou de eerste regel moeten zijn dat de advocaat benoemd tot plaatsvervangend rechter nooit kan zetelen in het gerechtelijk kanton waar hij doorgaans pleit. Want zoals het nu is kunnen plaatsvervangende rechters wraak kunnen nemen op hun confraters (collega-advocaten) voor vroegere conflicten.

Het beroep doen op plaatsvervangende rechters zou beperkt moeten worden tot het opvangen van korte, punctuele afwezigheden. Binnen een beroepsorganisatie brengt het structureel optreden van de advocaten als plaatsvervangende rechter of raadsheer, zoals dat nu het geval is in de rechtbanken van eerste aanleg en de hoven van beroep, problemen met zich mee en houdt dit grote risico’s in. Ook het probleem van de schijn van partijdigheid van een plaatsvervangende rechter of raadsheer, die de ene dag als advocaat een echtscheiding pleit voor een burgerlijke kamer, en de volgende dag in diezelfde kamer zitting neemt is een enorm groot probleem.

De Orde van Vlaamse Balies (OVB) vraagt al sinds 2006 een aanpassing van de rol van advocaat als plaatsvervangend rechter dit om de gerechtelijke achterstand op te lossen. De overheid moet geen beroep doen op de advocaat als plaatsvervanger, maar het magistratenkorps uitbreiden. Anno 2016 is er nog niets veranderd.

Bron : http://www.deconsument.com/systeem-van-plaatsvervangende-rechters-is-verwerpelijk/

Featured Posts
Recent Posts
bottom of page