top of page

Dossier SANTENS/AG : start publicatie conclusies (deel 1)

Nog 1 maand is er te gaan voor de Kortrijkse rechtbank zich uitspreekt over het Panorama dossier Santens/AG.

In de aanloop van de uitspraak van de rechtbank op 6 april, zullen we de komende weken fragmenten publiceren uit de conclusies die bij de rechtbank en bij het parket ingediend werden. Bij de conclusies horen ruim 2.000 blz. stavingsstukken die de feiten aantonen.

In de conclusies wordt op chronologische wijze uiteengezet hoe verzekering AG samenwerkte met de diverse aangestelde gerechtsdeskundigen, hoe de gerechtsdeskundigen onderling met elkaar afspraken om keer op keer valse medische verslagen op te stellen. Ook de letsels en het oorzakelijk verband worden aangetoond.

Deze conclusies zijn relevant voor iedereen die te maken krijgt met verzekeringsbedrog. Elk kan er die elementen uit plukken die voor zijn of haar dossier relevant zijn. De medische corruptie in justitie verloopt steeds op vergelijkbare wijze.

Mensen die whiplash / TBI / NAH opgelopen hebben tijdens een ongeval, zullen er medische feiten, studies, e.a. in terugvinden die ze zelf kunnen aanwenden in hun eigen verdediging.

Santens startte haar conclusies met een verhaaltje, dat haar dossier samenvat. Dit is onze eerste publicatie.

Op 6 april 2016 zullen we weten of de rechter in dit dossier inderdaad een man van zijn woord is en het verzekeringsbedrog een halt zal toeroepen zoals hij beloofde te zullen doen "op voorwaarde dat hij genoeg klei (= bewijzen) had" - of als puntje bij paaltje komt, een zoveelste pion blijkt te zijn ten dienste van het verzekeringskartel.

In deze video hoort u de standpunten van zowel de rechtbank, de gerechtsdeskundige, de verzekering en Santens. De rechter stond op het moment van de opname, precies een jaar geleden, 100 % achter zijn gerechtsdeskundige. Zal hij de moed vinden om zijn mening te herzien ?

We roepen slachtoffers van het verzekeringsbedrog op om op 6 april aanwezig te zijn op de Kortrijkse rechtbank (nieuw gerechtsgebouw, beheersstraat te Kortrijk) om 9 uur, om samen het signaal te sturen dat er na meer dan 20 jaar verzekeringsbedrog geen plaats meer is voor medische corruptie in justitie.

Er was eens een meisje

dat droomde van een betere wereld.

Van kindsbeen af

werden waarden zoals

eerlijkheid

vertrouwen

rechtvaardigheid

verantwoordelijkheidzin

er met de paplepel ingegoten.

Haar ouders waren eenvoudige mensen,

die sinds hun 14de hard werkten in de fabriek

om hun kinderen een mooie toekomst te kunnen geven.

Het meisje zag hoe veel inspanningen dit vroeg

en zwoer plechtig

om het goede voorbeeld van haar ouders te volgen

en op te groeien tot een goed mens

en datgene wat ze leerde,

te delen met anderen.

‘Als je hard werkt en steeds je best doet,

de regels volgt en doet wat juist is,

zal je in het leven nooit problemen kennen,’

zo vertelde haar vader haar.

‘Eerlijk duurt het langst’

was 1 van zijn favoriete uitspraken.

Het meisje geloofde dit.

Want papa had altijd gelijk.

Hij was streng, maar rechtvaardig.

Iemand waar ze enorm naar opkeek,

respecteerde,

en zielsveel van hield.

Ondanks de fouten,

die ook hij, net als iedere mens, had.

En ze leerde,

en werkte,

en deelde wat ze had.

Zo kon ze haar steentje bijdragen

om die mooiere wereld

te helpen creëren.

Zin geven aan haar leven

was belangrijk voor haar.

Ze was een hopeloze idealist.

En papa had gelijk.

Door deze eenvoudige regels te volgen,

kende ze geen problemen in het leven.

Haar studies beëindigde ze met glans.

In haar werk was ze succesvol,

wie geld had liet ze flink betalen,

wie het moeilijk had hielp ze gratis.

Zo creëerde ze een evenwicht.

Ze bleef verder studeren,

om nog meer en nog beter te kunnen

leven, groeien als mens en delen.

Haar honger naar kennis

leek onverzadigbaar.

Ze reisde de wereld rond.

Op feestjes was ze de eerste om te komen

en de laatste om te gaan.

Ze kon dansen tot een gat in de nacht.

Ze had lief vol vuur en passie.

Naar haar vrienden toe was ze loyaal,

een rots in de branding.

Zaken die belangrijk voor haar waren,

daar vocht ze voor.

Ze was voor niets of niemand bang.

Wie tegen haar waarden inging,

kreeg haar ongezouten mening te horen.

Als het spel overliep, een schop tegen de schenen.

Leugens en onrecht

deden haar haren rechtop staan.

Als dat nodig was,

sloeg ze haar klauwen uit.

Niet om te doden,

wel om een gezonde waarschuwing te geven.

Ze was een geboren en getogen

Vlaamse Leeuw.

Ze kon zich urenlang begraven in haar boeken

en zich laten meevoeren door haar muziek.

Tact en diplomatie waren niet aan haar besteed.

Haar hart lag op haar tong.

Ze kende geen taboes.

Arbeider of topmanager,

iedereen was voor haar gelijk.

Haar vrijheid was haar heilig.

Haar ‘drukke leven’ putte haar niet uit,

zoals kwatongen later zouden beweren.

Integendeel, als een paard in volle galop

had ze een stevig ritme nodig.

Routine verveelde haar.

Haar zelfvertrouwen was groot,

zonder ooit haar eenvoud en afkomst te vergeten,

of zich boven een ander te stellen.

Ze was vastbesloten om volop te genieten

van alle moois dat het leven haar aanreikte.

Na 10 jaar lang

haar vleugels te hebben uitgeslaan

besloot ze om haar nest te bouwen

dicht bij het familienest.

Het meisje keerde naar haar geboortedorp terug.

Amper was ze geïnstalleerd in haar nieuwe huis

toen donkere wolken kwamen aandrijven.

Papa had kanker. Pancreaskanker.

‘Nog 6 maanden’

voorspelden de dokters.

Hij was nog maar 51 jaar.

Het was een enorme klap

voor de hele familie.

Papa,

die er altijd was.

Papa,

de onverwoestbare.

Het idee dat papa er binnenkort niet meer zou zijn,

was ondraaglijk en hard om dragen.

Enkele weken lang was het meisje

totaal de kluts kwijt.

Ze kon de slaap niet meer vatten.

Ze zag hoe waardig papa zijn lot droeg.

Hij klaagde niet en hield zich zo sterk als hij mogelijks kon.

6 maanden werden 12 maanden.

‘Wees niet triest meisje,’

zei papa.

‘Ik heb een mooi leven gehad. Veel te kort, dat klopt.

Maar ik heb altijd gedaan wat ik graag deed.

Ik heb nergens spijt van.’

En voor het eerst en het laatst in zijn leven

sprak die introverte man,

die nooit over zijn gevoelens sprak,

die magische woorden uit :

‘Ik zie je graag.

En ik zal je altijd blijven graag zien.

Ook van daarboven’.

Het meisje voelde zich gedragen

alsof papa haar haar vleugels teruggegeven had.

Ze zou niet triest zijn.

Ze zou papa’s dappere voorbeeld volgen.

Als hij, stervende, kon sterk zijn,

kon zij, levende, dat ook.

Het meisje vond troost en kracht in haar paard Oro.

Samen startten ze een avontuur

dat mens, dier, natuur

en alle waarden die ze belangrijk vond,

verenigde.

Paardencoaching was geboren.

Met trots zag papa

hoe naast het PR werk het paardenavontuur bloeide.

Papa’s uiterlijke innerlijke rust

gaf het meisje kracht.

Maar op 16 december 2007

moest papa gaan.

De klap, alhoewel voorzien, kwam hard aan.

Al bij al was het meisje blij,

dat papa’s lijdensweg voorbij was.

Hij zou geen pijn meer voelen.

Papa was in vrede gegaan.

Ondanks het gemis, aanvaardde ze zijn vertrek.

Maar het kleine broertje van het meisje

zat midden in de examens

en had steun nodig.

Haar andere broer trok zich stilletjes terug in zijn huis.

Mama,

de al even onverwoestbare mama,

stortte in.

Het meisje maakte zich zorgen over haar geliefden.

Ze wilde graag hun verdriet helpen dragen

maar kon dit niet.

Zij hadden hun eigen proces

te doorstaan.

’s Avonds kon ze de slaap niet vatten.

Wat kon ze doen om de harmonie te herstellen ?

Terug een lach op hun gezicht te toveren ?

Ze wist het niet.

Na enkele weken van onrustig woelen in bed

sloeg de vermoeidheid toe.

Het meisje zocht raad bij dokters.

Maar de dokters konden haar niet helpen.

‘Neem een pilletje’, zei de neuroloog.

Daar bedankte ze voor.

Ze had eens pilletjes genomen toen papa ziek werd.

Die hadden haar misselijk gemaakt.

Niet beter.

Nee, geen pilletjes meer voor het meisje.

‘Hou u aan een strikt schema’, zei de psychiater.

‘Overdag werken en ontspannen, ’s nachts slapen’.

Jah, hallo ? Dat wist ze toch zelf ook ?

Maar je moet nog kunnen hé.

Maar de psychiater had geen andere of betere oplossing.

Later in haar leven

zou deze rouwperiode

misbruikt worden

om haar af te schilderen als

‘psychisch gestoord’.

Het was haar paard Oro die voor heling zorgde.

In de weken die volgden,

rijpte het idee om een paardencoaching center te creëren.

Een plaats van rust, welzijn en genezing

voor mensen die een moeilijke periode doorkruisen.

Het idee van zoiets moois vulde haar hart

en gaf haar haar kracht en blijheid terug.

Ze had terug een doel,

waar ze zich voor kon inzetten.

Ze zou niet eindigen zoals haar vader,

die zich zijn hele leven had kapot gewerkt in de fabriek,

om dan zo jong in het graf te belanden.

Ze zou doen wat ze echt graag deed.

In de maanden en jaren die volgden,

bouwde ze rustig en doordacht voort aan haar grote droom.

Ze kocht paarden bij, trainde ze, bestudeerde ze.

Ze volgde bijkomende opleidingen

en zorgde zo voor de nodige diploma’s.

Via de pers zette ze intussen paardencoaching

op de kaart in België.

Haar PR activiteiten zette ze verder.

Die verschaften haar de financiële middelen

om haar grote droom te realiseren.

Eind 2009 had ze genoeg gewerkt, genoeg gespaard.

Het meisje zou zichzelf een sabatjaar geven.

Ze had reserves genoeg om een jaar

niet te hoeven werken.

Ze zou enkel via pc en gsm

kleine en doorlopende opdrachten

uitvoeren voor de bestaande klanten

terwijl ze de buurlanden doorkruiste.

Een sabatjaar, om haar droomlocatie te gaan zoeken.

Haar droomlocatie,

voor haar paardencoaching center.

Haar droomlocatie,

voor haar nieuwe nest.

Haar thuis.

En de thuis van de paarden.

En de thuis van haar toekomstige kroost.

En de tijdelijke thuis voor vele anderen.

En die thuis vond ze, op 29 juli 2010.

De compromis werd ondertekend.

Het was enkel nog een kwestie van wachten

op het verlijden van de akte bij de notaris.

Daarna kon het grote avontuur beginnen.

Alle grote PR projecten had ze in overleg met haar klanten

on hold gezet tot augustus 2010.

Met de opbrengst daarvan,

zou ze de opstart van haar Paardencoaching Center

kunnen financieren.

Ze was volop bezig aan de uitvoering van haar PR projecten.

Het was hoogseizoen.

Tot een auto-ongeval een einde maakte aan haar levenswerk.

De eerste dagen leek het allemaal nog mee te vallen.

De dokters zeiden dat haar letsels niet zo erg waren.

Ze had niets gebroken.

Beetje rustig aan doen.

Na 3 à 6 maanden zou het meisje volledig genezen zijn.

Het meisje twijfelde.

Ze kon niet meer helder denken.

Alles was wazig.

Haar hele lichaam deed pijn.

De koppijn was ondraaglijk.

Het minste geluidje was er te veel aan.

Ze leefde voortdurend in een mist.

Tot ze niet meer kon gaan.

In stilte, in het donker, lag ze daar.

Wekenlang.

Zoiets had ze nog nooit meegemaakt.

Haar lichaam gehoorzaamde haar niet meer.

Haar geest leidde een eigen leven,

onbereikbaar, ergens heel ver weg.

De zorg voor de paarden en haar huis

moest ze aan anderen overlaten.

Haar PR projecten moest ze een na een annuleren.

Haar opstartkapitaal verdween beetje bij beetje.

Het meisje besloot het Paardencoaching Center uit te stellen

en de verkoop te annuleren.

Eerst genezen.

Ze was er te erg aan toe.

Zo kon ze niet functioneren.

Maar dat mocht niet van AG verzekering.

‘Als u uw paardencoaching center niet opstart,

zullen wij niet tussenkomen in de verliezen daarvan.

Uw letsels zijn niet ernstig.

In enkele maanden bent u terug helemaal op de been.

AG zal die hoge kosten voor de annulatie van de verkoop

omwille van enkele maandjes

arbeidsongeschiktheid niet dragen.

Daar moet u zelf voor instaan.

U moet de verhuis naar Frankrijk absoluut laten doorgaan.

Wij zorgen voor de verhuiskosten,

voorschot voor de opstart en hulp ter plaatse zolang nodig.

Zo kan u herstellen en geleidelijk aan opbouwen.

Zo worden de inkomstenverliezen beperkt.

Het is uw plicht om hier op toe te zien.

Als u niet verhuist, dan achten wij ù verantwoordelijk

voor alle mogelijke verliezen die hier uit volgen.’

Wat moest het meisje doen ?

Als ze de verkoop zou annuleren,

zou ze hoge boetes moeten betalen,

zou ze haar Europese steun verliezen,

en zou ze haar spaargeld kwijt zijn.

Ze had juist maandenlang enkel het strikte minimum gewerkt.

Daarna was ze haar inkomsten verloren door ongeval.

Ze zou geen nieuw of ander Paardencoaching Center

meer kunnen opstarten.

Ze kon zich ook geen 2de sabatjaar meer permitteren.

Ze zou haar levenswerk moeten begraven.

Dat wilde ze niet.

‘Ik ben sterk’,

dacht het meisje.

‘Ik ben jong’,

dacht het meisje.

‘Met hulp door derden zal ik het wel redden’,

dacht het meisje.

Per slot van rekening zou ze na 3 à 6 maanden genezen zijn.

Een klein offer

voor een leven vol vreugde.

Een klein beetje op de tanden bijten,

meer was dat niet.

En onder zware druk van AG verzekering

liet ze de verkoop en

de verhuis naar Frankrijk doorgaan.

Maar AG verzekering hield haar belofte niet.

Er kwam geen voorschot.

De verhuiskosten werden niet terugbetaald.

Er kwam ook geen hulp door derden.

De toestand van het meisje evolueerde

van kwaad naar erger.

Ze belandde in het ziekenhuis.

De verzekering startte een vies spel.

Tientallen mensen kwamen helpen.

Maar het mocht niet baten.

Beetje bij beetje

verloor ze alles wat ze opgebouwd had.

Ze werd een schim

van wie ze vroeger was.

Bang, gebroken,

vol vragen over de toekomst.

Het meisje klopte op iedere mogelijke deur.

Maar alle deuren bleven gesloten.

Ze was verzeild geraakt

in een grote, vieze,

stinkende doofpot.

Er zat niets anders op.

Ze zou zelf een nieuwe deur moeten maken.

En de vieze brij in de doofpot

uitgieten.

In de rechtbank

kwam ze uiteindelijk zonder advocaat

bij een rechter terecht.

Het was een goede man,

die oprecht geloofde dat wat hij deed,

juist en goed was.

Maar de rechter hield vast

aan een oude, gebarsten pot.

Een pot, waar het water

van de Waarheid uit weg sijpelde.

De rechter wist dat wel.

Hij zag dat natuurlijk zelf ook.

Al heel lang wist hij dat.

Al heel lang zag hij dat.

De andere rechters zagen de barsten ook.

Maar ze keken allemaal de andere kant op.

Ze waren vergeten dat het water hun hoogste goed was.

Dat de zorg voor het water hun verantwoordelijkheid was.

Dus deed de rechter ook maar alsof hij de barsten niet zag.

Als een barst echt te groot werd,

legde hij er wel even zijn vinger op.

Maar voor de rest liet hij de oude pot met rust.

Iedereen liet de oude pot immers met rust.

En hij had per slot van rekening al werk genoeg hele dagen.

Het meisje luisterde aandachtig naar de rechter.

Ze begreep hem niet goed.

Ze hoorde hem wel spreken over Waarheid,

ze hoorde hem wel beloven dat hij zou zorgen voor Waarheid,

maar hij liet begaan

en keek zwijgend toe

toen de Waarheid

keer op keer verkracht werd.

De verkrachter was medicus.

Dat maakte het ok voor de rechter.

‘Eerlijk duurt het langst’,

zei de rechter.

Maar waarom handelde hij er dan niet naar ?

Iedere keer weer

had de rechter een andere vraag,

een nieuwe twijfel,

die hij opgelost wilde zien.

Krampachtig hield hij vast aan de oude pot,

badend in een plas van verspilde Waarheid,

verloren tijd, een weggesmeten leven, gemiste kansen.

Iedere keer weer

bezorgde ze hem

de bewijzen waar hij naar vroeg,

ten koste van haar gezondheid,

haar kind, haar paarden.

Ontelbare keren had het meisje

de rechter gevraagd

‘Geef me mijn leven terug’.

Ze had geargumenteerd, gesmeekt, geweend, geroepen en gevloekt.

Tevergeefs.

Wet, Waarheid, Gezond Verstand,

zelfs Nieuw Leven, het heiligste der dingen,

moesten wijken voor de gebarsten pot.

‘Maak een nieuwe pot’,

vroeg ze hem.

En op een dag zei de rechter

‘De oven staat aan. Als jij voor de klei zorgt, zal ik voor water zorgen’.

Voor klei zorgen ?

Maakte hij een grapje of zo ?

Had hij dan nog geen klei genoeg ?

Er lag al een hele berg klei op zijn tafel !

Zijn tafel lag gewoonweg bedolven onder de klei !

Hoeveel klei had hij zo NOG nodig ?

Het meisje wist niet meer

wat ze er van moest denken.

Had ze zich echt zo mispakt aan de rechter ?

Waren zijn beloftes

niets meer dan lucht geweest ?

En wat maakte het nog uit ?

Ook het meest dierbare,

haar kinderwens,

werd haar uiteindelijk nog ontnomen.

Ze weende bittere tranen.

Niets restte haar nog van haar leven.

Niets restte haar nog van haar droom.

Niets restte haar nog om voor te vechten.

Ze verdronk

in een onnoemelijk verdriet.

Papa was goed fout.

‘Als je hard werkt en steeds je best doet,

de regels volgt en doet wat juist is,

zal je in het leven nooit problemen kennen,’

had hij gezegd.

Maar hard werken had niet geholpen.

Haar best doen had niet geholpen.

De regels volgen had niet geholpen.

Het juiste doen had niet geholpen.

Ze lag bedolven onder de problemen.

Had zich letterlijk kapot gewerkt.

Hoe was dat mogelijk ?

Was alles waar ze haar leven lang in geloofd had dan een illusie geweest ?

Zelfs de rechter

had zijn woorden niet in daden omgezet.

Waar kon je dan nog op vertrouwen ?

Waar mocht je dan nog in geloven ?

Ze begreep er niets meer van.

Het meisje miste haar dochtertje.

Dat zat ver van huis.

Ver van thuis.

Al meer dan een jaar.

Omdat het meisje geloofd had in Waarheid.

Omdat het meisje vertrouwd had op de rechter.

Streven naar Waarheid boven haar kind gesteld had.

Om haar kind een zorgeloze toekomst te kunnen geven.

Het meisje werd boos.

Boos op zichzelf, omdat ze al die jaren zo dom was geweest.

‘Wie goed doet, goed ontmoet’.

Wat een gezever zeg !

Boos op de rechter, omdat zelfs hij,

de Grote Beschermer van de Waarheid,

niet voor Waarheid koos.

Hoe kon hij haar haar kind laten afnemen ?

Hij die God is in zijn rechtbank ?

Haar kind. Haar kind !!

‘Doe wel en zie niet om’ ?

‘I don’t care’ lijkt er beter op !

Wat een idioot was ze geweest.

Boos op de wereld, die haar verlaten had.

Of toch niet ?

De Waarheid verspreidde zich als een golf

en schimmen uit wat een heel ver verleden leek,

tekenden zich scherper af.

‘Ook wij geloven in Waarheid’,

klonk het zacht.

Plots had ze terug een auto.

Juridisch advies dwarrelde binnen.

Medisch advies kwam aanwaaien.

Het goede uit het verleden bood zich aan.

Maar ze was uitgeput.

Haar geloof in de rechter was ze kwijt.

Ze kon het niet meer opbrengen

om zich nogmaals aan het schrijven te zetten.

Haar hoofd werkte niet meer mee.

Haar hart leek een diepe put.

Wat voor zin had het nog ?

‘Opgepast : als ik genoeg klei heb,

zal ik enkel schrijven

dat het verslag van Tack te licht bevonden is’

had de rechter gezegd.

Nog zou hij niet voor de Waarheid opkomen.

Weer zou hij zijn vinger op een barst leggen.

Daarmee zou hij de deur wagenwijd open zetten voor beroep.

En het vieze spel

zou helemaal van voor af aan herbeginnen.

Moest ze daar serieus haar tijd

en energie nog insteken ?

Moest ze daarvoor serieus nog eens weken

van haar kind gescheiden leven ?

Sinterklaas missen ?

Kerstmis missen ?

Nee. Enough. Basta. Finito.

En wat moest ze de rechter nog gaan vragen ?

Wat telde in haar leven,

het kostbare waar ze 10 jaar lang aan gebouwd had,

waar ze zo lang en zo hard als een leeuwin voor gevochten had,

was haar voorgoed ontnomen.

Ze had geen dromen meer.

Een gebroken lichaam en een gekraakte ziel

was al dat overbleef.

Het meisje weende.

Al het verdriet van de voorbije 5 jaar kwam naar boven.

Ze liet het stromen.

Er leek geen einde aan te komen.

Ze voelde zich leeg.

Nietig.

Verpletterd.

Klein.

Ze snakte naar armen om haar heen.

Iemand die haar toefluisterde

‘Alles komt goed’.

Maar er was niemand.

Wie wil er nu zijn leven delen met een halve invalide

die voor alles te moe is en waar men niet aan mag komen ?

Niemand.

Niemand ?

Toch wel.

Oro was er.

In wat mystici zouden omschrijven

als een ‘moment initiatique’

omhulde Oro het meisje

in een warme deken van pure liefde.

Geborgen onder zijn hals,

haar armen om hem heen,

tegen zijn zachte borst aangedrukt,

onder het ritme van zijn diepe ademhaling,

kon het meisje zijn rust en wijsheid voelen.

‘Het is niet dat hij niet wilde kiezen voor Waarheid meisje’,

sprak Oro.

‘Hij was er gewoon nog niet klaar voor’.

‘En hij heeft procedureregels te volgen’.

‘Wees niet boos op hem. Heb vertrouwen’.

‘Nu zie je nog niet alles. Er komt een dag

waarop je zal begrijpen waarom deze weg nodig was.’

‘Ik ben daar vet mee’,

sputterde het meisje tegen.

‘Niet klaar voor, kus mijn kloten,

zijn experts indekken is het enige dat hem interesseert,

zo simpel is dat’.

‘Ik wil mijn leven terug’,

‘ik wil nog een baby’.

‘Hij kàn je je oude leven niet teruggeven meisje’,

antwoordde Oro.

‘Jij moet aanvaarden dat je oude leven voorbij is.’

‘Je moet hem een nieuw leven vragen’.

‘Hij heeft als opdracht een nieuwe pot te bakken’.

‘Jij hebt als opdracht een nieuw leven te starten’.

‘Jullie kunnen elkaar daarbij helpen. En van daaruit vele anderen’.

‘Maar jullie zijn vrij, allebei,

om je opdracht al dan niet te aanvaarden’.

‘Je verwacht van hem dat hij de oude pot loslaat,

maar zelf ben je niet bereid om je oude leven los te laten’ ?

‘Zo werkt het niet. Dus wees niet koppig’.

‘Herpak je. En maak af wat je begonnen bent’.

‘Geef hem de kans om de Waarheid in ere te herstellen.’

Een fractie van een seconde later

was het moment van de betovering verbroken.

Het meisje vloekte.

Verdomme toch ! Miljaarde !

Ze had echt geen goesting om haar oude leven los te laten.

Haar Grote Droom, haar Paardencoaching Center.

Wie zou ze zijn zonder haar droom ?

Wat zou ze doen zonder haar droom ?

Hoe kon ze haar leven zin geven zonder haar droom ?

Ze wist het niet.

Maar diep vanbinnen wist ze dat Oro gelijk had.

Als ze aan haar oude leven en haar droom zou vasthouden,

zou ze veel te veel moeten vragen aan de rechter

en zou ze hem zijn opdracht onmogelijk maken.

Ze zou van droom moeten veranderen.

Maar ze had geen andere droom.

Dus besloot ze haar droom af te stemmen

op de opdracht van de rechter.

Ze zou hem de klei geven die hij vroeg.

Zo kon hij tenminste IETS van zin geven

aan haar lijdensweg van de voorbije jaren.

Zo kon er tenminste nog IETS goeds uit komen.

Ook de rechter vloekte.

Miljaarde !

Hij had echt geen goesting om een nieuwe pot te bakken.

Hij was de rechter

van de gulden middenweg,

de stok in twee.

Niet de rechter

van de revolutie.

Maar hij had het haar beloofd.

‘Geen 3de expertise meer’.

Het was tijd dat hij zijn rol opnam

en de verantwoordelijkheid voor zijn beslissingen

niet langer op een ander afwentelde.

Maar toen hij zag

welke weg het meisje insloeg,

en toen het ten volle tot hem doordrong,

welk structureel verzekeringsbedrog ook hijzelf

20 jaar lang had helpen legaliseren,

tot het uiteindelijk een ‘gewoonte’ werd in de Belgische rechtbanken,

dacht hij bij zichzelf :

‘Nee, dit gaat zelfs mij te ver.

Nee, daar kan ik in eer en geweten niet langer achter staan.

Ik dien de Wet, niet de verzekeringen.

Als zij dat kan, dan kan ik zeker de prachtigste pot ooit bakken’.

En hij bakte de nieuwe Pot van de Waarheid

en zette hem in zijn rechtbank,

waar iedereen hem goed kon zien,

en stuurde de wereld zijn boodschap toe :

‘In mijn rechtbank heerst Wet en Waarheid’.

Zelden had hij zich zo trots gevoeld.

Hij was niet langer de blinde rechter,

die deed voor wel zonder wel te doen.

Hij belichaamde de Waarheid.

De nieuwe Pot van de Waarheid

was er de afspiegeling van.

Zijn werk als rechter

kreeg een nieuwe betekenis voor hem.

Ja,

1 rechter kon door 1 krachtig signaal

wel degelijk een groot verschil maken.

Voor duizenden mensen.

En de oude pot ?

Niemand sprak nog over de oude pot.

Die belandde in het archief.

Hij was al snel vergeten.

Featured Posts
Recent Posts
bottom of page