Als justitie scheef loopt, MOET minister van Justitie spreken
Sven Mary heeft een punt als hij stelt dat de uitvoerende macht de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht moet respecteren.
MAAR dat veronderstelt wel dat de rechterlijke macht haar job naar behoren uitvoert.
Als de spelers binnen de rechterlijke macht hun job NIET naar behoren uitvoeren, zoals bvb het geval was met Chris Dillen, of corrupte gerechtsdeskundigen, of parketten die strafklachten tegen corrupte artsen weigeren te onderzoeken, of rechters van arbeidsrechtbanken die zélf de arbeidswetgeving niet toepassen, of ... dan is het de PLICHT van de Minister van Justitie om hiertegen te reageren. Immers, de slachtoffers zelf hebben geen stem. Zij kunnen zich onmogelijk verdedigen in een vierkant draaiend rechterlijk systeem. In die zin is een minister van Justitie die opkomt voor een rechtvaardige justitie, een zegen.
Het is een misvatting te denken dat de rechterlijke macht LOS staat van de maatschappij. Zij staat er middenin en is verondersteld de maatschappij te dienen. Als dat NIET het geval is, moet er gesproken worden. Burgers verwachten dat de Minister van Justitie deze rol op zich neemt en dat hij duidelijke standpunten inneemt. Wie anders zal het doen ?
Van insiders horen we : "Mensen die tevoren tewerk gesteld waren bij het parket, en rechter geworden zijn : na pakweg 5 jaar herken je ze niet meer. Daar waar ze tevoren het hart op de juiste plaats hadden en de wet trachten toe te passen binnen het maatschappelijk kader, en actief hun best deden om recht tegen te gaan, lijkt het wel of ze, eens rechter, iedere voeling met de realiteit kwijt spelen."
ALS STRAFFELOOSHEID DE NORM IS, VERLIEST JUSTITIE IEDERE GELOOFWAARDIGHEID
Het ideaal van een samenhangend of coherent recht vereist dat rechterlijke uitspraken tevens een bredere werking hebben. De eis van coherentie gaat immers verder dan die van consistentie alleen. Rechtsnormen zouden niet alleen onderling niet-tegenstrijdig mogen zijn, ze moeten elkaar tevens ondersteunen. In onderling verband moeten ze een hechter en steviger geheel opleveren dan wanneer ze afzonderlijk beschouwd worden. Coherentie duidt, zo begrepen, eerder op een cluster van eigenschappen, en heeft in sterke mate ook betrekking op de verhouding tussen rechtsnormen en (rechts)beginselen.
Dat is tevens de visie van Dworkin (in Law’s Empire), die stelt dat indien een rechter een oordeel velt, hij ervan uit dient te gaan, "so far as this is possible, that the law is structured by a coherent set of principles about justice and fairness and procedural due process, and to enforce these in the fresh cases that come before them, so that each person’s situation is fair and just according to the same standards." (p. 243). Hoe verhoudt dit ideaal van coherentie zich tot de precedentwerking van rechterlijke uitspraken?
Een rechter moet zich bij zijn werk volgens Dworkin altijd beroepen op de beginselen die deel uitmaken van het "network of political structures and decisions of his community." (p. 245).
De handelingen die bij uitstek uitdrukking geven aan dit netwerk, zijn de handelingen van de wetgever, rechter en bestuur. De rechter moet zich, zoals een van de vele auteurs van een kettingroman, steeds afvragen of zijn interpretatie van dit netwerk "could form part of a coherent theory justifying the network as a whole. No actual judge could compose of anything approaching a full interpretation of all of his community’s law at once. But an actual judge can allow the scope of his interpretation to fan out from the cases immediately in point to cases in the same general area or department of law, and then still farther, so far as this seems promising." (p. 245).
MORELE BEGINSELEN RECHTVAARDIGEN HET RECHT ALS GEHEEL
Dworkin noemt dit het streven naar het ideaal van "recht als integriteit". Daarmee wil hij zeggen dat de morele beginselen die de achtergrond van wetgeving en rechtspraak uitmaken, het recht als geheel zouden moeten kunnen rechtvaardigen. In elk concreet geval waarover een beslissing wordt geveld, moet daarom worden gestreefd naar coherentie met de beginselen die vroegere beslissingen - in de vorm van wetgeving (bvb. strikter wettelijk kader inzake deskundigenonderzoeken) en precedenten - schragen.
Dit interpretatieve ideaal ligt steeds besloten in iedere moderne rechtsorde, omdat de interpretatie die de burgers van zo’n samenleving geven aan de politieke en juridische beslissingen die op hen van toepassing zijn, in principe altijd gericht is op de verdere explicitering en versterking het "zelfbegrip" - de morele strekking die men aan het recht toekent - van de moderne rechtsgemeenschap.
Het recht ontwikkelt zich daardoor niet willekeurig, maar als de uitdrukking van een onderliggend streven naar de vorming en explicitering van een coherent rechtsbewustzijn van de rechtsgemeenschap.
IVOREN TOREN IS VOORBIJ
Dit interview met Luc Hennart uit Le Soir bevestigt dat het tijdperk dat de rechterlijke macht in een "ivoren toren" zit, voorbij is en dat een interactief debat "een goede zaak" is :
«Je suis devenu magistrat en 1986. Ce qui a changé depuis, c’est probablement… le magistrat!
Avant, il était dans une tour d’ivoire, inaccessible. Le justiciable ne pouvait lui demander des comptes ni l’interpeller. Ce temps est révolu. Le magistrat est arrivé dans la vie sociale, il ne peut plus considérer qu’il est hors tout.
C’est un citoyen parmi d’autres exerçant une fonction dans la société dont il fait partie.
Il y a une certaine modernité qui s’installe dans les esprits. Et c’est très bien ainsi.
Le justiciable lui aussi a changé. Il n’accepte plus la parole du juge comme la vérité prononcée sur le mont Sinaï.
On le voit s’adresser au juge. Il ose lui dire ça ne va pas. Les débats deviennent de plus en plus interactifs. C’est un point d’équilibre qui se déplace. Le justiciable n’hésite pas à dire au juge: Prenez vos responsabilités, à votre fonction s’attache un certain nombre de responsabilités.»
Waarom zou de Minister van Justitie vanuit zijn voorbeeldfunctie niet mogen deelnemen aan dit interactief debat ? Dit niet doen zou pas vragen laten rijzen.
De Minister van Justitie moet er enerzijds op toezien dat de rechterlijke macht de middelen krijgt die ze nodig heeft om te kunnen functioneren ; anderzijds moet hij bijsturen daar waar het fout loopt. We komen uit een stenen tijdperk waar een ongebreidelde straffeloosheid gold voor magistraten, gerechtsdeskundigen en andere twijfelachtige spelers binnen Justitie. Wil men een écht rechtvaardige justitie, dan moet men daar komaf mee maken. En dat begint met spreken.
Een Minister die stelt dat sexueel geweld niet geminimaliseerd mag worden, laat de stem van het volk horen en neemt zijn verantwoordelijkheid in een debat dat gevoerd MOET worden. En krijgt dus onze volledige goedkeuring. De vraag die men zich beter kan stellen is : wat maakt dat ernstige misdrijven in België zo licht (of helemaal niet) gestraft worden ? En waar gaan we naartoe als ze helemaal niet meer gestraft worden ? Zoals met corrupte artsen en artsen die een medische fout begaan het geval is. Schaf de rechtbanken dan af, zo is meteen ook de budgetkwestie opgelost.
Bron : De Standaard :
Strafpleiter Sven Mary laakt de houding van minister van Justitie Koen Geens (CD&V) in de veelbesproken Gentse verkrachtingszaak. ‘De minister zet ongeoorloofde druk op de magistratuur en het verontrustende is dat het niet zijn eerste uitschuiver is.’
Een Gentse verkrachtingszaak waarin de dader opschorting van uitspraak heeft gekregen, doet veel stof opwaaien. Onterecht, volgens u?
‘Over de zaak zelf spreek ik me niet uit – ik heb er ook maar kennis van genomen in de media. Het is de reactie van de minister van Justitie die mij doet huiveren. Donderdag vertelde hij in het radionieuws op schalkse toon dat hij “vol verwachting is voor de uitspraak van het hof van beroep” in deze kwestie. Daarmee ordonneert hij die magistraten om een zware straf uit te spreken. Hij schendt zo een van de meest essentiële principes van onze democratie, met name de scheiding der machten. En wat me geweldig verontrust: het is niet de eerste keer dat hij zo’n uitschuiver maakt.’
Aan welke andere uitspraken van de minister denkt u nog?
‘Bijvoorbeeld die keer toen gerechtspsychiater Chris Dillen een rapport niet had afgemaakt uit protest tegen het feit dat hij al twee jaar wachtte op de uitbetaling van zijn erelonen door Justitie. Geens heeft hem toen een gebrek aan beroepsernst verweten. Dat ging over achterstallige betalingen ter waarde van duizenden euro’s!’
‘En onlangs nog toen Vlaams Parlementslid Christian Van Eycken (Défi) vrijkwam bij gebrek aan een handtekening van de onderzoeksrechter. Geens drong bij de rechtbank van Brussel aan op een onderzoek. Dat is aansturen op een tuchtsanctie. Zo probeert hij telkens de rechterlijke macht onder druk te zetten.’