Problemen met koopbare gerechtsdeskundige Yvan De Grave ? Gebruik deze klacht om uw dossier te onder
Zeer geachte mevrouw de Voorzitster,
Zeer geachte Raadsleden,
Wij nemen de eerbiedige vrijheid om U aan te schrijven betreffende uw tussenvonnis dd. xxx, waarbij opnieuw huisarts dr. De Grave wordt aangesteld als deskundige waardoor onze rechten van verdediging geschonden werden om de volgende redenen:
Appellanten wensen er het Hof op te wijzen op welke vooringenomen en agressieve toon deskundige dr. De Grave appellanten aanviel in de rechtbank dd. xxx en waarvan U en de Raadsleden getuigen waren.
Het feit dat deskundige dr. De Grave, vóór het Hof op minachtende toon zijn vijandigheid en beledigingen uitte tegenover een raadsgeneesheer van appellanten in de persoon van Dr. xxx
Dit was ook een bewijs van partijdigheid van deskundige dr. De Grave waardoor geen neutrale expertise kan gebeuren.
Het behoort niet tot de door het Hof gegeven opdracht dat deskundige De Grave uitlatingen doet van feiten, als ze al zouden bestaan, die met deze opdracht niets te maken hebben.
Het staat als een paal boven water dat dr.De Grave de literatuur van dr. xxx ter verdediging van appellanten zal negeren.
Deze vijandige houding van dr. De Grave tegenover de raadsgeneesheer van appellanten kan de neutraliteit van het deskundigenonderzoek dusdanig niet meer verzekeren. Art.828 12° Ger.Wet.
Appellanten wensen tevens het Hof in te lichten over een incident welke zich heeft voorgedaan na de zitting in de Raadkamer op xxx. Toen appellanten op het punt stonden weg te gaan werden zij in de raadkamer verbaal aangevallen door dr. De Grave waarbij hij beweerde dat het ongeval onmogelijk de letsels bij appellante kan veroorzaakt hebben gezien de opgegeven snelheden. Dit is volledig tegen alle medische literatuur ter zake. Meester X is moeten tussenkomen om deskundige De Grave terecht te wijzen en met de eis dat hij haar “cliënten moest met rust laten dat de zitting afgelopen is”.
Het staat hierbij reeds vast welke de intenties zijn van de deskundige en op welke wijze hij de verdediging van appellanten wil neutralizeren.
Wij wensen er de nadruk op te leggen dat deskundige De Grave zijn opdracht moet weigeren omdat hij samen met dr. Y, raadsgeneesheer van de KUL en UZ Leuven voor de geïntimeerden dr. Z en dr. V en tevens samen met deskundige dr. W in dezelfde vereniging zetelt, nl. in het NCGD (Nationaal College van gerechtsdeskundigen van België VZW) – (Bijlage 2)
Dit feit verzwijgen betrokkenen: Meester F, dr. Y, deskundige dr. De Grave, geïntimeerde dr. Q en zijn raadsgeneesheer dr. Q1 van de verzekering AMMA.
Dr. Y werkt eveneens voor AMMA, de verzekering van de geïntimeerde desk. dr. Q. Daarenboven is dr. V al vele jaren verhuisd van het UZ Leuven, naar het Stedelijk Ziekenhuis te Roeselare, waar zij samenwerkt met desk. dr. Q en dr. Y zetelt tevens in de Prov. Raad van de Orde der Geneesheren in Antwerpen.
Eveneens het feit dat deskundige dr. De Grave samen met dr. Y in de Universiteit Gent de cursus gevolgd heeft: “Inleiding tot het recht voor gerechtelijke experts gepromoveerden 1999-2000”! (bijlage 5)
Het feit dat deskundige dr. De Grave in de rechtszaal op xxx, al bij voorbaat stelde dat hij het niet nodig vond om een professor neurologie aan te stellen omdat hijzelf voldoende op de hoogte was van neurologie en waarmee natuurlijk de andere partijen het totaal eens waren, bewijst dat deskundige dr. de Grave niet de opdracht van het Hof zal uitvoeren om in samenspraak de domeindeskundige te kiezen, namelijk een professor neurologie. Hiermee geeft hij reeds op voorhand aan dat de rechten van de verdediging van de appellanten zal geschonden worden door te beletten dat de juiste domeindeskundige wordt aangesteld.
Dr. De Grave is bij de Orde van geneesheren niet ingeschreven als neuroloog maar als “huisarts – algemene geneeskunde” en kan dusdanig zijn bevoegdheid niet te buiten gaan.
Dr. De Grave kan zich door deze feiten niet neutraal en onpartijdig opstellen.
ENKEL en ALLEEN een professor neurologie kan het juiste antwoord geven voor de beroertes en een gastro-enteroloog voor de maagbreuk (Hiatus Hernia)!
Met het aanstellen van huisarts dr. De Grave als nieuwe deskundige werd door het Hof niet bijgedragen om het probleem op te lossen naar de letter en de geest van art. 962 van het Ger. Wetboek, die zegt: “De rechter kan daarbij de deskundigen aanwijzen waarover partijen het eens zijn. Hij kan van de keuze van de partijen slechts afwijken bij een met redenen omklede beslissing”. Het probleem wordt eerder in stand gehouden en hiermee schendt het Hof, met alle respect, de rechten van verdediging van appellante en draagt het Hof tevens bij tot financiële uitputting van appellanten.
De hoofdvordering van appellanten, via Meester X, was nochtans de aanstelling van een professor neurologie, die een onpartijdige gastro-enteroloog voor de maagbreuk kan aanstellen, maar het Hof wil daar blijkbaar, om wij weten niet welke reden, niet op ingaan.
De rechter heeft steeds tot taak de kosten van de expertise zoveel als mogelijk te beperken.
Hersenletsels en whiplash zijn het domein van neurologen met de specialiteit van beroerte en niet van huisartsen die blijkbaar koppig de realiteit steeds maar blijven ontwijken, de literatuur terzake negeren en de fouten van de geïntimeerden verzwijgen.
De uitspraken over neurologie vanwege deskundige dr. De Grave dd. xxx bewijzen zijn incorrectheid uit partijdigheid.
Daar deskundige dr. De Grave zich vijandig opstelt tegenover appellanten en een van hun raadsgeneesheren en dat hij door het niet willen aanstellen van een professor neurologie de bewijskracht van appellanten wil ondermijnen kan dr. De Grave op deze wijze zijn opdracht niet naar behoren en onpartijdig vervullen.
Art.870 van het G.W stelt dat ” iedere partij het bewijs moet leveren van de feiten die zij aanvoert.” Bij appellanten moet dit gebeuren door een professor neurologie en een gastro-enteroloog.
Het verhinderen van de bewijsvoering van appellanten is belemmering van de rechtsgang en het deskundigenonderzoek.
Appellante heeft deskundige dr. De Grave luidop horen zeggen in de rechtbank à desk. dr. W dd. 26.06.2012 : “ik heb gisteren die nota van Meester X gekregen en dat is allemaal vals” waarbij dr. W antwoordde: ”goed zo” en stak zijn duim naar omhoog!
Appellante heeft dat ter plaatse aan mevrouw de Voorzitster en Raadleden gezegd op aanraden van haar raadsman, Meester X, aan wie zij dat feit verteld had.
Spijtig genoeg werd dit afgewimpeld door het Hof, maar dit was al een bewijs dat deskundige De Grave, de fouten van deskundige dr. W zal verderzetten.
Deskundige dr. De Grave werd echter bij tussenarrest van xxx opnieuw aangesteld door het Hof, rekening houdende dat hij al weigerde van een professor neurologie aan te stellen en er enkel op uit is om appellante financieel te kortwieken en dat hij al vooringenomen was om de 4 geïntimeerden vrij te spreken en appellanten de das om te doen.
Betreffende het schrijven van deskundige dr. De Grave dd. xxx waarbij hij stelt dat appellanten het overbodig vinden om verslagen en essentiële documenten over te maken wensen appellanten op te merken dat art. 979. van het GW. zegt :
§ 2. De vervangen deskundige legt binnen vijftien dagen ter griffie de stukken en nota's van de partijen en een gedetailleerde staat van de kosten en het ereloon neer.
Het is algemeen bekend en beschreven dat er nog steeds artsen zijn die de voortekens van een beroerte niet herkennen of willen herkennen. Neurologen weten dat maar al te goed cfr. Prof. D en ook volgens de “European Stroke Council”.
Aangezien er in de neuroexpertise, gerechtsdeskundigen “professoren neurologie” bestaan met jarenlange ervaring in de medische expertise is het toch aangewezen om dergelijke deskundige professor neurologie aan te stellen. De deskundigen “professoren neurologie” kan men opzoeken via internet bij neuroexpertise, enz…
Dit is zeker kostenbesparend en dat moet aangemoedigd worden. De neuroexpert kan dan een sapiteur gastro-enteroloog aanstellen voor de maagbreuk.
Appellanten weigeren radicaal een 2e deskundige die zijn partijdigheid en vijandigheid getoond heeft, wegens zijn banden met de geïntimeerden en die enkel maar tot doel heeft de fouten van de geïntimeerden toe te dekken en financieel appellante wil uitbuiten opdat zij het zou opgeven.
Hierom vragen appellanten toepassing van de Art. 973 en Art. 979 §1 van het GW.
De stelling van het Hof dat het Hof uitgeput is is onjuist gezien het vervangen van een deskundige niet gelimiteerd is.
Indien het Hof dit zou weigeren belemmert het Hof, met alle respect, de rechtsgang.
Het Hof besliste hierop m Dr De Grave NIET aan te stellen als deskundige.