top of page

Nederlandse rechters stellen zich vragen bij het nut van aanstelling gerechtsdeskundigen bij 'onzich

In Nederland stellen meer en meer rechters zich vragen bij de verhalen van mensen die jarenlang of levenslang arbeidsongeschikt worden, ook door de controle arts van de sociale zekerheid als invalide erkend worden, terwijl gerechtsdeskundigen samen met de verzekeringsartsen oordelen dat er "geen aangetoonde letsels" zijn.

En terecht. Want de "standaard" onderzoeken die nu bestaan, zijn juist gekozen om geen letsel te kunnen bewijzen. Onderzoeken die wél letsel kunnen aantonen, zoals q-EEG (www.brai2n.org), neurovisuele testing (www.neurovisueelcentrum.be), DTI (voor myeline schade) en biofeedback (Indigo, Eductor), worden steeds door verzekeringen geweigerd. Zoals gewoonlijk volgen de gerechtsdeskundigen de verzekeringsartsen hierin. Moesten ze dat niet doen, dan riskeren ze niet meer gevraagd te worden als gerechtsdeskundige - en verliezen ze inkomsten. Het zijn dus in wezen de verzekeringsmaatschappijen die bepalen welke (zinloze) onderzoeken uitgevoerd moeten worden en welke niet mogen uitgevoerd worden. Op deze manier wordt een objectieve medische expertise bij voorbaat onmogelijk gemaakt. Om een onpartijdige expertise te garanderen, zou de gerechtsdeskundige in principe met ALLE medische verslagen rekening moeten houden. Dat gebeurt nu niet.

De Nederlandse rechters hebben dat goed begrepen en omzeilen de bestaande misbruiken door meer en meer zelf het medisch dossier te gaan interpreteren. Ze baseren zich hiervoor mee op het oordeel van de controle arts van de sociale zekerheid.

Mr. J. Sap – rechter te Utrecht – begon zijn lezing met de opmerking dat, sinds hij 11 jaar geleden de advocatuur verliet, men in whiplashzaken niet zo veel is opgeschoten.

Hij formuleerde aan de hand van een concrete casus die hem als rechter ter beoordeling was voorgelegd een aantal vraagpunten:

1. Rol en positie van het deskundigenbericht: de rechter mag van het deskundigenbericht afwijken maar heeft dan wel een verzwaarde motiveringsplicht;

2. Klachten maar geen beperkingen; dit lijkt volgens Sap een politieke keuze, stelt men geen beperkingen vast, omdat de richtlijnen van de neurologen daartoe geen ruimte laten of omdat er geen beperkingen zijn?

3. Objectiveerbaarheid: in de geschetste casus was het realiteitsgehalte groot omdat de betrokkene alles in het werk had gesteld om aan het werk te blijven, hetgeen uiteindelijk niet lukte; en

4. Medische versus juridische causaliteit: in de casus kon de neuroloog geen percentage functionele invaliditeit en geen beperkingen vaststellen, maar dit was niet doorslaggevend.

Sap gaf de aanwezigen inzicht in de denkrichtingen die bij de beoordeling van een whiplashzaak een rol spelen: is ‘het verhaal’ van betrokkene consistent en reëel, wat is de medische documentatie, sluit het deskundigenbericht aan op de overige informatie en is er een andere plausibele oorzaak?

Ten aanzien van een verzekeringsgeneeskundig onderzoek gaf Sap aan dat het uitgangspunt c.q. het kader moet zijn dat het geen reprise van het neurologisch onderzoek wordt. Hij vroeg zich af of een onderzoek wel altijd nodig is.

Naar zijn oordeel lopen zaken vaak te lang en is er te weinig oog voor geschilbeslechting. Daarnaast wordt in sommige zaken slecht geprocedeerd.

Tot slot besprak Sap de positie van het slachtoffer. Deze draagt de bewijslast en moet openheid betrachten. Op basis van de documentatie zal een realiteitstoets plaats dienen te vinden. Het is al met al voor het slachtoffer geen gelopen race: hij zal aannemelijk moeten maken dat zijn klachten reëel, niet ingebeeld, niet voorgewend en niet overdreven zijn.

Wie recht heeft op het voordeel van de twijfel krijgt dit van de rechter.

+++

Hoe lang nog, tot de 1ste Belgische rechter het voorbeeld van zijn Nederlandse collega volgt ?

Wat u kan doen in uw dossier :

Print dit artikel af en leg het voor aan de rechter die uw dossier beoordeelt.

Featured Posts
Recent Posts
bottom of page